Voeg na het scannen van documenten gescande afbeeldingen, die niet zijn bijgesneden, toe om ze bij te snijden. Voor één gescande afbeelding kunnen maximaal 20 bijsnijdkaders worden toegevoegd.
Selecteer, in het venster [ScanSnap Home - Afbeelding scannen en bestand opslaan] van ScanSnap Home, [Vlakke documentafbeeldingen bijsnijden en zonder wijzigingen opslaan] en klik daarna op de knop [Controleren/corrigeren].
Voeg een gescande afbeelding toe in het venster [ScanSnap Home - Bijgesneden beelden weergeven].
Breng een kader aan rond het deel van de gescande afbeelding dat u wilt bijsnijden door de muis te slepen.
Wanneer het bijsnijdkader wordt toegepast, wordt de gescande afbeelding die u hebt bijgesneden, toegevoegd aan het einde van [Bijgesneden afbeelding].
Klik op de knop [Opslaan en sluiten].
TIP
Als de knop [Volgende] wordt weergeven, verwijder dan het vinkje bij [Doorgaan met puntretouche]. De knop [Volgende] wijzigt naar de knop [Opslaan en sluiten].
De gescande afbeelding die u hebt toegevoegd, wordt ook opgeslagen.
Selecteer, in het venster [ScanSnap Home - Afbeelding scannen en bestand opslaan] van ScanSnap Home, [Vlak document] en klik daarna op de knop [Controleren/corrigeren].
Voeg een gescande afbeelding toe in het venster [ScanSnap Home - Bijgesneden beelden weergeven].
Breng een kader aan rond het deel van de gescande afbeelding dat u wilt bijsnijden door de muis te slepen.
Wanneer het bijsnijdkader wordt toegepast, wordt het bijgesneden gedeelte onderaan de lijst met gescande afbeeldingen toegevoegd.
Klik op de knop [Opslaan en sluiten].
TIP
Als de knop [Volgende] wordt weergeven, verwijder dan het vinkje bij [Doorgaan met puntretouche]. De knop [Volgende] wijzigt naar de knop [Opslaan en sluiten].
De gescande afbeelding die u hebt toegevoegd, wordt ook opgeslagen.