Voeg een profiel toe dat u gebruikt tijdens het scannen van een document met de ScanSnap .
Het type document dat moet worden gescand, de scaninstellingen zoals de kleurmodus, de opslaglocatie voor gescande afbeeldingen en de toepassingen die u wilt uitvoeren om gescande afbeeldingen te beheren, kunnen in een profiel worden gespecificeerd.
In dit gedeelte maakt u een profiel aan waarin de opslaglocatie voor gescande afbeeldingen is ingesteld op een lokale map of een netwerkmap. Een van de lokale mappen is een map die wordt gesynchroniseerd met een clouddienst.
Klik op de [Scan]-knop boven aan de Hoofdvenster van ScanSnap Home om de Scanvenster weer te geven.
Selecteer een sjabloonprofiel op basis van het type documenten dat u wilt scannen of het beoogde gebruik voor de inhoudgegevensrecords die zijn gemaakt van de documenten die u hebt gescand.
Door een sjabloonprofiel te kiezen, worden de profielinstellingen gewijzigd overeenkomstig het beoogde gebruik van de inhoudgegevensrecords.
Pas, indien nodig, de profielinstellingen aan vanaf stap 4.
Voer in [Profielnaam] een naam en een beschrijving voor het toe te voegen profiel in en selecteer daarna een pictogram voor het profiel.
Wanneer u een sjabloonprofiel selecteert, worden de profielnaam, het pictogram en de beschrijving automatisch weergeven.
Als u de profielnaam niet hebt gewijzigd, wordt de profielnaam automatisch gegenereerd overeenkomstig de wijzigingen van [Detectie documenttype] en [Opslaan naar]. Wanneer een toepassing is ingesteld voor [Verzenden naar] in het geselecteerde sjabloonprofiel, wordt een profielnaam niet automatisch aangemaakt.
Selecteer een documenttype in [Detectie documenttype].
TIP
Het selecteren van [Detecteert automatisch het documenttype als "Documenten", "Visitekaartjes", "Kwitanties" of "Foto's" en scant het document met de geschikte scaninstellingen] in [Detectie documenttype] detecteert automatisch het documenttype voor de gescande documenten. Om een documenttype automatisch te detecteren, moeten de scaninstellingen worden geconfigureerd voor elk documenttype.
In [Scaninstellingen] configureert u de kleur, scanzijde, beeldkwaliteit, rotatie, bestandsindeling, toevoermethode en tags voor documenten.
Om de instellingen in detail te configureren bij het opslaan van afbeeldingen in een pdf-formaat (*.pdf), klikt u op de [Optie]-knop voor [Bestandsindeling].
Selecteer in [Opties beheren] een type opslaglocatie voor een gescande afbeelding en geef een opslaglocatie op.
Klik op de knop [Bladeren] om de opslaglocatie te wijzigen.
Selecteer onder [Toepassing] een toepassing die u wilt uitvoeren voor inhoudgegevensrecords die zijn gemaakt door documenten te scannen.
Klik op de knop [Instellen] om de instellingen te wijzigen voor de toepassing die u wilt gebruiken.
TIP
Als u [Toevoegen of verwijderen] selecteert bij [Verzenden naar] wordt het venster [Toepassingsinstellingen] weergegeven waarin u een toepassing kunt toevoegen die u wilt uitvoeren.
Het nieuwe profiel wordt toegevoegd onderaan de lijst met profielen in het scanvenster.
Het nieuwe profiel wordt toegevoegd aan de lijst met profielen die wordt weergegeven wanneer u op klikt in het scanvenster.
TIP
Wanneer een profielpictogram dat werd toegevoegd aan de lijst met profielen in het scanvenster niet goed wordt weergegeven in de lijst met profielen op het aanraakscherm van de ScanSnap, moet u de firmware updaten.
Klik op de [Scan]-knop boven aan de Hoofdvenster van ScanSnap Home om de Scanvenster weer te geven.
Wanneer het hoofdvenster nog niet wordt weergegeven, klikt u op het pictogram [ScanSnap Home] in de lijst met toepassingen die wordt weergegeven wanneer u klikt op Launchpad in het Dock.
Selecteer een sjabloonprofiel op basis van het type documenten dat u wilt scannen of het beoogde gebruik voor de inhoudgegevensrecords die zijn gemaakt van de documenten die u hebt gescand.
Door een sjabloonprofiel te kiezen, worden de profielinstellingen gewijzigd overeenkomstig het beoogde gebruik van de inhoudgegevensrecords.
Pas, indien nodig, de profielinstellingen aan vanaf stap 4.
Voer in [Profielnaam] een naam en een beschrijving voor het toe te voegen profiel in en selecteer daarna een pictogram voor het profiel.
Wanneer u een sjabloonprofiel selecteert, worden de profielnaam, het pictogram en de beschrijving automatisch weergeven.
Als u de profielnaam niet hebt gewijzigd, wordt de profielnaam automatisch gegenereerd overeenkomstig de wijzigingen van [Detectie documenttype] en [Opslaan naar]. Wanneer een toepassing is ingesteld voor [Verzenden naar] in het geselecteerde sjabloonprofiel, wordt een profielnaam niet automatisch aangemaakt.
Selecteer een documenttype in [Detectie documenttype].
TIP
Het selecteren van [Detecteert automatisch het documenttype als "Documenten", "Visitekaartjes", "Kwitanties" of "Foto's" en scant het document met de geschikte scaninstellingen] in [Detectie documenttype] detecteert automatisch het documenttype voor de gescande documenten. Om een documenttype automatisch te detecteren, moeten de scaninstellingen worden geconfigureerd voor elk documenttype.
In [Scaninstellingen] configureert u de kleur, scanzijde, beeldkwaliteit, rotatie, bestandsindeling, toevoermethode en tags voor documenten.
Om de instellingen in detail te configureren bij het opslaan van afbeeldingen in een pdf-formaat (*.pdf), klikt u op de [Optie]-knop voor [Bestandsindeling].
Selecteer in [Opties beheren] een type opslaglocatie voor een gescande afbeelding en geef een opslaglocatie op.
Klik op de knop [Bladeren] om de opslaglocatie te wijzigen.
Selecteer onder [Toepassing] een toepassing die u wilt uitvoeren voor inhoudgegevensrecords die zijn gemaakt door documenten te scannen.
Klik op de knop [Instellen] om de instellingen te wijzigen voor de toepassing die u wilt gebruiken.
TIP
Als u [Toevoegen of verwijderen] selecteert bij [Verzenden naar] wordt het venster [Toepassingsinstellingen] weergegeven waarin u een toepassing kunt toevoegen die u wilt uitvoeren.
Het nieuwe profiel wordt toegevoegd onderaan de lijst met profielen in het scanvenster.
Het nieuwe profiel wordt toegevoegd aan de lijst met profielen die wordt weergegeven wanneer u op klikt in het scanvenster.
TIP
Wanneer een profielpictogram dat werd toegevoegd aan de lijst met profielen in het scanvenster niet goed wordt weergegeven in de lijst met profielen op het aanraakscherm van de ScanSnap, moet u de firmware updaten.